Diederik is sinds begin januari in de lijn van Remco Sibtsen, Maurice Venneker en Zefnath Noija de nieuwe OO B&B (OnderOfficier Beheer & Bedrijfsvoering, gespecialiseerd in P-aangelegenheden). Ook zo’n functie binnen Bureau Ondersteuning waar iedereen vanuit onze organisatie mee te maken krijgt. Een interview bij wijze van voorstelrondje.
Om jou op het werkgebied voor te stellen, wil ik allereerst van je weten wat je aan opleiding gedaan hebt en wat je eerdere werkplekken waren? En op die werklokaties heb je waarschijnlijk al wat contacten met LO&Sportinstructeurs opgedaan?
“In 2005 ben ik opgekomen in Oirschot en na verschillende functies op dezelfde kazerne, eerst als manschap bij 42BLJ en later als onderofficier bij 42BLJ en KMS School Zuid gedraaid te hebben, ben ik in 2018 overgestapt naar de Logistiek Militaire Administratie. Na 2 B&B functies (bij 17 Painfbat en 105Geniecompagnie) ga ik nu aan mijn derde B&B functie beginnen bij de LO&S, waar ik heel veel zin in heb. Ik hoop in het begin van mijn functie de verschillende sportgroepen langs te gaan om kennis te maken. Daar kom ik als ik ben ingedribbeld bij de staf wel op terug.”
Op het gebied van hardlopen heb je al een mooie prestaties neergezet in zowel een marathon als een ultra of lange (NK) trailrun. Vertel maar eens uitgebreid over de evenementen die jou als mooiste te binnen schieten.
“Vroeger heb ik altijd gevoetbald, maar toen we kinderen kregen ben ik daarmee gestopt omdat mijn vrouw toen nog in het weekend werkte. Dat was niet meer te combineren, en hardlopen kun je altijd en overal. Dat deed ik voorheen al op kleine schaal maar toen ik gestopt ben met voetballen ben ik dat fanatiek gaan doen. In Rotterdam liep ik in 2017 mijn eerste marathon. Qua evenement en publiek vind ik die in Nederland ongeëvenaard. Na daarna een aantal vlakke marathons vond ik het tijd worden voor nieuwe uitdagingen, 2022 werd een sportief topjaar. Ik werd lid van Triathlon-en loopvereniging de Langstraat in Waalwijk, deed mijn eerste kwart triathlon, meerdere marathons en mijn eerste ultraloop.
De mooiste wedstrijd was in september de Jungfrau marathon in Zwitserland. Een marathon waarbij in de laatste 17 kilometer nog 2000 hoogtemeters volgen om bovenop de Eigergletscher te finishen. Als voorbereiding daarop had ik in mijn zomervakantie al veel hoogtemeters gemaakt in Oostenrijk en Italië. Onder andere de Stelvio op, hardlopen tussen de wielrenners vond ik erg gaaf om te doen.
Dit jaar (2023) wilde ik me meer gaan richten op triathlon en daarvoor het zwemmen onder de knie proberen te krijgen. Door een blessure in mijn handen, opgelopen tijdens het fietsen van de Ronde van Vlaanderen heb ik vanaf april niet kunnen zwemmen en daardoor de plannen weer om moeten gooien. Uiteindelijk ervoor gekozen om te gaan (ultra)trailrunnen. Na 2 trails in Limburg van 43 en 55 kilometer heb ik afgelopen zomer de Grossglocknertrail gedaan. Een trail van 57 kilometers met flink veel hoogtemeters, 3600 omhoog en 4000 naar beneden. Enorm gaaf in een prachtige omgeving.
Ook al verteerde ik dit soort trails prima, toch wilde ik voor mijn eerste 100 kilometer een meer vlakkere trail doen. Dit werd uiteindelijk afgelopen oktober de Indian Summer Ultra in Drenthe wat ook het NK Ultratrail was. Na heel veel kilometers in de voorbereiding heb ik lekker steady kun lopen en mijn doeltempo (onder de 6:00 p/km ) kunnen halen.”
Op het gebied van fietsen heb je ook een fikse prestatie geleverd door de meest tot de verbeelding sprekende editie van de Ronde van Vlaanderen uit te rijden. Kun je een samenvatting van die trip geven?
“De Ronde van Vlaanderen gaat me om verschillende redenen nog lang bij blijven. Het was vreselijk slecht weer, kou en van start tot finish regen. Nu heb ik al last van een slechte doorbloeding in handen en voeten bij kou (syndroom van Raynaud) en daar had ik toen ook last. Binnen de kortste keren had ik koude handen en geen gevoel meer, maar dat heb ik vaker van de kou. Ik had de hele winter doorgefietst buiten en wanneer ik weer uit de elementen was, ging dat vanzelf over. Wat ik nu niet in de gaten had, was dat ik mijn zenuwen in mijn pols afklemde door een verkeerde houding op de fiets. Dit kwam door een combinatie van factoren: een andere fiets, te krampachtig het stuur vast houden over de spekgladde kasseien en veel remmen in de afdalingen (door het fietsen in grote groepen). Wat nu anders was, was dat ik het gevoel niet terug kreeg. Ook niet de volgende dag. Na verschillende onderzoeken bij de neuroloog bleken in elke pols 2 zenuwen bekneld te zitten, hier ben ik uiteindelijk voor behandeld maar heb hier een half jaar lang last van gehad.”
Zwemmen is dan weer niet je ding. Wat gaat daar niet goed?
“Vooral de ligging in het water en de beenslag lukken me nog niet goed. Enkele banen of een aantal achter elkaar gaan nog wel. Maar een rustige slag over lange afstanden kan ik niet. Ik heb ook pas 1 winter gezwommen dus hier moet ik echt nog op verbeteren.”
In de voorgaande vragen hebben we afzonderlijk over zwemmen, fietsen en lopen gesproken. Logische stap om bij jou naar je triathlonprestaties en geplande uitdagingen te vragen?
“Mijn allereerste en enige (kwart) triathlon deed ik anderhalf jaar geleden bij mij op de vereniging. (TLV de Langstraat). Deze triathlon die ook onderdeel is van de teamcompetitie 2e divisie wordt jaarlijks begin juni gehouden in Waalwijk. Ik deed individueel mee om te ervaren wat het was om een triathlon te doen. In totaal deden er 66 deelnemers mee aan de kwart afstand. Ik kwam na ruim 26 minuten als een van de laatste deelnemers, na veelal schoolslag gedaan te hebben, uit het water. Ik had geen wetsuit aan wat me al tijd scheelde met wisselen, en ging als 54e beginnen met fietsen. Toen begonnen voor mij de leukste twee onderdelen. Met fietsen kon ik beginnen met gas geven. Op mijn aluminium Decathlon fietsje met opzetstuur haalde ik de 1 na de andere snelle tijdritfiets in. Na 30 kilometer begon het enorm hard te regenen en ging ik helaas onderuit in een bocht. Te veel risico genomen en niet genoeg aangepast aan de omstandigheden. Gelukkig was het op mijn oude fiets, en was die na het terugbuigen van de rem-en schakelbeugel nog heel waardoor ik door kon. In de laatste wissel kon ik eindelijk naar mijn favoriete onderdeel: het lopen. Dat ging prima, in de stromende regen kon ik een constant tempo houden onder de 4:00 per kilometer en uiteindelijk finishte ik na 2 uur en 15 minuten als 22e. Een leerzame ervaring voor wat betreft de valpartij en motiverend om zoveel mensen in te kunnen halen met fietsen en lopen. Daarnaast was het een mooie spiegel om te weten waar je staat met zwemmen.
In 2024 wil ik een PR lopen op de marathon in het voorjaar, daarna misschien een voorjaarsklassieker op de fiets zoals Luik-Bastenaken-Luik en wil ik op triathlon gebied eerst beter gaan zwemmen en dit jaar een aantal korte triathlons doen. In het najaar dan nog een najaarsmarathon of (ultra)trail.”
Publicatiedatum: 09 januari 2024