Via het contactformulier op onze website neemt Pim van Buren contact met ons op. Bij het leegruimen van het ouderlijk huis is hij veel memorabilia vanuit de LO&Sport-carrière van zijn vader, 20 jaar geleden al overleden op 73-jarige leeftijd, tegen gekomen die hij graag beschikbaar wil stellen. Vooral een gedenkbord wordt genoemd, waarvan wij er al wel eentje in Delfts blauw hebben. Archivaris Raymond Bernard deelt mee dat een gekleurd gedenkbord vroeger aan officieren gegeven werd bij FLO. Een afspraak is gauw gemaakt, waarbij een lawine aan informatie op het redactiekantoor valt als blijkt dat Gijs ook zeer actief was in de schermwereld.
CV van Gijs van Buren (herinneringen van zoon Pim)
Mijn vader is, nadat hij voor zijn nummer opgekomen is geweest, eerst nog bij een civiel bedrijf werkzaam geweest. Daarna is hij in dienst gegaan om beroepsmilitair te worden en heeft de sportopleiding gevolgd in Hooghalen. Die heeft hij netjes afgerond en is in de sport terecht gekomen.
Later heeft hij nog de opleiding tot commando gevolgd en goed afgerond. Hij was ook bevoegd toen om de groene baret te mogen dragen.
Ook heeft hij nog een opleiding gevolgd in het militaire Hospitaal in Amersfoort
Hij heeft, voor zover ik weet, eerst gewerkt in de Willem III kazerne in Amersfoort en is later overgeplaatst naar het sportbureau van de Juliana van Stolberg kazerne in Amersfoort. Daarna is hij gaan werken op het garnizoensbureau op de Koningin Wilhelminalaan 21 in Amersfoort. Hij zal daar rond 1970 naar overgeplaatst zijn.
Later is hij voorgedragen om vak-officier te worden, wat hem ook gelukt is. Dat is rond 1977/1978 geweest. Hij is toen overgeplaatst naar ’t Harde naar het sportbureau op de Luitenant-Kolonel Tonnetkazerne.
Hierna is hij in 1981/1982 is hij overgeplaatst naar het sportbureau op de Generaal-majoor Kootkazerne.
Op 31-1-1985 is het met FLO gegaan omdat hij toen 55 jaar was geworden.
In de periode 1960 tot 1975 heeft mijn vader aan veel schermwedstrijden meegedaan en heeft hij er vele georganiseerd. Daarnaast is hij als maître ook veel als scheidsrechter bij deze wedstrijden aanwezig geweest.
Bestuurlijk heeft hij niet veel gedaan. Zijn motto was: je moet de vereniging waar je lid van bent zoveel mogelijk helpen als vrijwilliger maar nooit in een bestuur gaan zitten. Dat heeft hij, voor zover ik me kan herinneren, ook nooit gedaan.
Ik heb nog even in het geschiedenisboek van de LO/sport gekeken uit 2001. Op blz 169 staat ook nog vermeld dat mijn vader op 2 september 1966 in de eerstejaars klas zat voor de opleiding tot smi/owi. Op de foto ernaast zit hij volgens mij in het midden voor de kachelpijp.
Gijs van Buren in de schermwereld
Omdat ik tijdens mijn eerste navraag, natuurlijk bij Wil Maaswinkel, het trefwoord schermen lees, neem ik contact op met mijn sportmasseur en oud-collega Piet Leering.
Piet Leering: “Hij was schermleraar gaf schermlessen. Heeft mij ook nog les gegeven.
Was een zeer aimabel, gedreven en sympathiek persoon.
Heb met hem in een equipe wedstrijd sabel deelgenomen aan de Koos (militaire scherm vereniging.)
Was een van de eerste vak officieren.”
Piet neemt het initiatief om nog wat oude schermvrienden te polsen. Een aantal reacties komen nog na.
“Gijs was samen met Eef Vos geplaatst bij de Juliana van Stolberg kazerne OCMGD tot 1978.
Daarna is het OCMGD verplaatst naar Hollandsche Rading.
Heb van beide les gehad, samen met Jan Harting gaven ze ook les aan de NPSP.”
“Tijdens de wedstrijden in het materiaalhok aan zijn shaggie lurken en een borrel drinken. Kon toen allemaal. Was een zeer sympathieke schermer. 😀👍🤺
“Een geweldige kerel, met een puntje dat niet uit de lijn te krijgen was.
Ben nog wel eens bij hem thuis in Hazerswoude geweest toen we gingen schermen in Parijs.”
“GIJS was een sympathieke kerel, altijd goedlachs.
Apart was dat Gijs altijd rechtopzittend in bed sliep 😁
Gijs van Buren als Cdt (herinneringen Anton Koteris i.s.m. Hans Westerduin)
“Gijs van Buren was mijn eerste C-LO&Sportgroep op de LKol Tonnetkazerne in ’t Harde.
Er was toen naar mijn mening best wel veel afstand tussen een C-LO&Sportgroep en de LO&Sportinstructeurs.
Niet alleen omdat GvB met Owi Jan van der Veer boven in het ‘aquarium’ zat en de rest van de Sportgroep beneden, maar ook in respect en autoriteit.
GvB was een stevige roker en moest dit bezuren tijdens het dagelijkse spelletje foamen/foppen. Heel intensief en met technisch/tactisch goede spelers als Gert Ruitenberg en Jan van der Veer aangevuld met een LO&Sportinstructeur of een oud-sportinstructeur. De namen Wil Kempf en Bill McGillefrie komen dan weer boven.
Gijs was super competitief en moest regelmatig even op adem komen. Soms dachten we ‘gaan we niet te ver’? maar Gijs krabbelde altijd weer overeind. Gelukkig maar.
Mijn eerste gesprek met GvB zal ik nooit vergeten: Zo Koteris, jij bent Sportinstructeur en geen Mil5kamper. Je gaat niet naar de trainingen van de Mil5kampploeg. Zorg er eerst maar eens voor dat je een goede Sportinstructeur wordt. Dat was meteen duidelijk. Na ongeveer 6 maanden werden de teugels losgelaten en mocht ik naar de trainingen. Wel met de boodschap dat ALS je op de Sportgroep was, dat je dan ook keihard moest werken want je collega’s hadden je werk overgenomen als je weg was naar trainingen of wedstrijden.
Ik heb die duidelijkheid van Gijs altijd gewaardeerd en uiteraard ook het overnemen van mijn lessen door mijn collega’s.
Hans Westerduin kwam een jaar later naar ’t Harde en in zijn intro gesprek vroeg GvB wat hij voor sport deed. ‘Ik voetbal’ zei Hans waarop GvB antwoordde ‘ohhh dat is een gevaarlijke sport met veel blessures’. Hans antwoordde: ‘ik ben nog nooit geblesseerd geweest’. 2 weken later scheurde Hans zijn voorste kruisband af.
Hans moest wel van GvB met een gipsbeen vanuit Assen naar ’t Harde komen met de fiets, trein en lopend met krukken omdat hij wel wat administratief werk kon doen. Na 2 dagen brak het gips en heeft de arts verboden dat Hans naar ’t Harde moest komen.
Mooie herinneringen aan GvB. Duidelijk, eerlijk.
Gijs van Buren als collega (herinneringen van Gert Ruitenberg
“Mijn eerste ontmoeting met Gijs van Buren was op de Lkol Tonnetkazerne in 1978. Gijs was vakofficier geworden en dit was zijn eerste plaatsing als LO/Sportofficier. Een hele uitdaging, kan ik jullie wel vertellen. De grootste kazerne van de Noord-Veluwe en zeker niet de gemakkelijkste.
Gijs was een vriendelijke man die het iedereen probeerde naar de zin te maken, maar daar waar nodig ook op zijn nieuw verworven sterren ging staan. Eigenwijs was hij zeker ook en dit rijmde goed met zijn naam.
Gezelligheid moest er ook zijn. De dagelijkse werkmansborrel om strikt 16.30 uur was daar een goed voorbeeld van en werd altijd drukbezocht. De voorraad werd elke dag trouw aangevuld. Gijs was altijd bereid wat te drinken aan te bieden.
De leiding van het sportburo leefde veel in het “aquarium”. Dit was de ruimte bovenaan de trap. Van daaruit werd nauwkeurig in de gaten gehouden wanneer de ochtendlessen afgelopen waren. Direct daarna werd 1 zaal geclaimd om te “foppen”: Spel met foambal en dikke blauwe badmintonrackets. Gespeeld over een laag volleybalnet met de muren als begrenzing. Gijs was razend fanatiek en vond het maar niks als je als partner maar half je best deed. Verliezen wilde hij niet. Aard van het beestje. Gijs hield ook van zelfkastijding. Sloeg zichzelf vaak met het racket tegen zijn linkerarm en regelmatig sneuvelde daarbij zijn horloge. De muur gebruikte hij stelselmatig om weer opnieuw goed in het veld te gaan staan. Het waren vaak veldslagen. De uitputting was vaak dichtbij, op het gevaarlijke af. Maar ophouden of opgeven deed Gijs never nooit niet.
Gijs vond ook dat er ontspanning moest zijn in ons wel erg drukke bestaan. De themadag was geboren. Het werd een ochtend vissen ergens achter Elburg. Paul Spit was de dag ervoor jarig geweest en had Gijs gevraagd of hij mocht trakteren op een snack en een drankje. Dat was akkoord. Paul had zijn auto volgeladen met drankjes. Het vissen verveelde de niet-vissers al erg snel. De plastic eendjes en brulkikkers werden tussen de hengels losgelaten. Hilariteit alom maar niet voor de echte vissers en zeker niet voor Gijs. Al snel werd er het nodige aan alcohol gedronken wat de baldadigheid nog meer deed toenemen. Gijs was not amused en bij mijn weten hebben we nooit meer een themadag gehad.
Gijs kon aardig volleyballen en deed ook mee in het team 36+ voor de KL-Kampioenschappen. Ik ging als begeleider mee. Op naar de Rijnhal in Arnhem. In het team zaten er een paar die stevig rookten. Dat mocht in die jaren ook nog in de Rijnhal. Voorafgaande aan de wedstrijden werden er al een paar shaggies gedraaid. Als ik een time-out aanvroeg dan ging de peuk van hand tot hand van de rokers. Hoezo verslaafd. Maar dat kon allemaal in die tijd.
Ergens rond 1983 werd ik geplaatst in de Genm Kootkazerne in Garderen. Binnen een half jaar werd Gijs daar ook geplaatst. Vond ik hartstikke leuk.
In welk jaar weet ik niet meer, maar het Rayon Apeldoorn kreeg van de CISM de WK Militaire Vijf Kamp toegewezen. Gijs werd specifiek verantwoordelijk voor de cross van 8 km en zou in de technische jury plaats nemen. Dat vond hij maar niks. Alles moest in het Engels. Gelukkig heeft Paul Vlieks de honneurs voor hem waargenomen. Ik werd zijn rechterhand.
De cross moest gelopen worden op het Stroesche zand. Met zoveel mogelijk bochten er in, heuveltjes, rul zand en als het kon schelpen en dennenappels -> speciaal voor de Braziliaanse ploeg, want zij liepen op blote voeten. Voortvarend zetten wij samen de cross uit. We hadden net een nieuw loopwiel, dus dat was een makkie. Al rollend met het loopwiel werden de meters uitgezet. ‘s Woensdags moest er op getraind kunnen worden door de ploegen. Dus dinsdag stond alles netjes klaar. Het parcours werd als heel zwaar ervaren want de tijden waren erg slecht. Iemand zei: ‘volgens mij klopt de afstand niet’. Konden we niet geloven; nameten dan maar, samen met Peter Rommelse. Hij had een meetband van 100 meter. Wat bleek: elke 100 meter zaten we er 10 meter naast. Dit kwam doordat het loopwiel slipte in het rulle zand. Gijs en ik hebben hard gewerkt om het snel weer in orde te maken. Was een wijze les.
Gijs is afgezwaaid op de Kootkazerne. Het afscheid was heel gezellig. Kinderen en Corrie erbij. Op de route naar Utrecht of Amersfoort heb ik nog vaak een bakkie gehaald bij hen thuis in de Willem de Zwijgerlaan in Woudenberg. Gijs volleybalde met veel plezier in een ochtend clubje. Ook rookte hij nog steeds veel, maar hij kon er niet mee stoppen.
Op zijn begrafenis waren Feike (Greidanus, red.) en ik wat aan de late kant. Ik denk dat hij ons dit niet heeft kwalijk genomen.
Er is natuurlijk nog veel meer gebeurd. Dit waren maar een paar herinneringen aan Gijs. Hij was een eerlijke en wijze man die altijd voor je klaar stond. Het was een heel fijne tijd samen.”
Publicatiedatum: 15 januari 2024