Zaterdagavond 13 februari 2021. Ik kijk naar het programma Matthijs gaat Door (je kunt het hier terugkijken als je het gemist hebt), en zie op het einde van deze aflevering Foppe de Haan in het vaste item Forever Young. Ik hoor Foppe vertellen dat hij de Elfstedentocht van 1963 geschaatst heeft en aangezien hij dienstplichtig militair sportinstructeur geweest is, zie ik voor de komende winter een mogelijkheid om net als de voorgaande jaren (Henk Schoonhoven (1997), Jan van den Dool (1986), Rick Siemonsma (de Alternatieve op de Weissensee 2019)) dit mooie sportevenement wederom te belichten. Via Jan Kasper kom ik in contact met Foppe en tijdens zijn Elfstedentochtverhaal komt het onderwerp dienstplichttijd naar voren. Dat ik daar niet aan gedacht had om als apart item uit te diepen!?!
Het eerste antwoord van Foppe over zijn militaire dienstplicht.
“Ik ben van 65-5 en opgekomen in Vught. Daarna naar de SROKI in Ermelo en toen naar de sportschool in Hooghalen. De SMLO, dat was een mooie periode.
Goeie docenten o.a Leen Pfrommer, de eerste die ons liet ervaren wat interval tempo training in hield. Zeer pittig dus.
De grote baas was kapitein Vermeltfort. Ik weet niet of ik het goed schrijf, een paar burger docenten waren Scheepmaker en Oldenburger.
In mei ‘66 ging ik naar Havelte als dienstplichtig sportinstructeur. De chef du bureaux was Opper Sorber, toen volleybaltrainer bij Olhaco in Hoogeveen en van het militaire team. De garnizoenssportofficier zat er ook, een cavalerist, ik weet niet meer hoe hij heette.
Collega’s waren o.a. Hans Tekelenburg, Koninklijke HFC, Gerard Boerhof uit Olst,
Richard Onnes, top volleyballer.
Ik deed het voetbalteam met o.a. Nico Reijnders en Joop van Dalen. Ik was en coach en speler en ik coachte ook het basketbalteam.
In de tussen tijd kon ik goed studeren voor de lagere akte gymnastiek, akte J, in Leeuwarden. Dat was niet vanzelfsprekend, na nogal wat gedoe met de kazerne commandant de majoor Hennis lukte het.
In juni ‘67 ben ik afgezwaaid en na de zomervakantie begonnen als gymnastiekleraar bij het basisonderwijs in Enschede.”
Het bovenstaande antwoord van Foppe roept veel extra vragen op. De drukte van de reorganisatie zorgt er voor dat ik pas weer op zaterdag 10 april de onderstaande vragen naar hem toestuur. De antwoorden heb ik – net als de razendsnelle reacties op de Elfstedentochtvragen - zondagavond al weer in mijn mailbox zitten, incl. een hele zwik foto’s uit zijn eigen persoonlijke archief. Scheelt weer een bekeuring van het ANP vanwege het schenden van auteursrecht…..
Heb je nog herinneringen aan Kapitein Vermelvoort, dhr Scheepmaker en dhr Oldenburger (die Jan Kasper en Wil Maaswinkel ook als collega’s hadden, Jan en Wil zijn daar in 1966 door die mannen opgeleid)?
“Wat betreft de burgerdocenten kan ik me Scheepmaker herinneren als docent zaalgymnastiek. Wandrekken beklimmen en diepspringen en dat soort werk. Hij was ook de zwemdocent en dat zwemmen gebeurde in het verrekt koude Helperbad in Groningen. En dan moest je ook nog geluidloos te water gaan. Met de drietonner er heen, ook al koud. Dus afzien!
Oldenburger was de man van organisatieschema’s en heel soms een voetbaltraining met het accent op tactiek. En die tactiek was echt uit de verleden tijd. Typisch Engels.”
Een vraag van Wil Maaswinkel: Waarschijnlijk heeft hij ook les gehad op de hindernisbaan en bij het OG (ongewapend vechten) van Fokke Polman en/of Jaap Ter Haar? Wat zijn daarvan je herinneringen?
“Ongewapend gevecht en hindernisbaan hadden we van Polman en ter Haar. Deed ik zelf wel graag en ze waren beide wel heel duidelijk. Polman kwam ik later nog tegen toen ik trainer van ACV was in Assen en hij betrokken was bij Fit Boys in Beilen. Zelfde passie: voetbal en bewegen in zijn algemeenheid.”
De intervaltrainingen van Leen Pfrommer waren vernieuwend en daardoor befaamd in die tijd (en ook fartlektrainingen). Heb je daar in je eerste jaren als voetbaltrainer nog gebruik van gemaakt?
“Leen Pfrommer heeft me veel geleerd wat betreft trainingsmethoden. Hij was up-to-date en ik slurpte alles op.
Één keer hebben we met hem een soort survival gedaan. Bepakt, met geweer over de heide en door vennen en zo nu en dan het gasmasker op. Duur van 10 tot 16 uur.”
Van Wil Maaswinkel moest ik ook nog vragen of je het kolenkacheltje in de sporthal van de SMLO kon herinneren?
“In die sporthal speelden we zeker 2 keer in de week 3-3 of 2-2 We hadden een vast groepje dat niet te temmen was. En ja, de houtkachel herinner ik me nog. Daar maakten we ons niet druk om.”
Uit je antwoord over Nico Rijnders (Ajax) en Joop van Daele (Feyenoord) maak ik op dat je hen niet slechts coachte maar ook met hen samen speelde. Kon je zelf een beetje voetballen in die jaren? Kun je jezelf typeren als speler? Had je het misschien in je om (onder bepaalde omstandigheden) ook de top van de Eredivisie te halen?
“Wat mijn eigen voetbal betreft: ik was een goede voetballer op goed amateurniveau.
Ben opgegroeid bij GAVC in Grou en op 19 verkast naar Heerenveen en daar speelde ik in wat nu heet het belofte team. En zo nu en dan in het eerste. Niet goed genoeg.
Toen ik gymleraar werd in Enschede ben ik daar gaan voetballen.”
Wat weet je je allemaal te herinneren van je tijd uit Havelte? Hoe was de Cdt Ad Sorber in de omgang? Week de manier van sportles aan militairen geven af van het geven van training aan voetballers?
“Tja, mijn herinneringen aan de Johan Post Kazerne in Havelte zijn een beetje gemengd.
Sport en lesgeven was mijn leven. Ik vond dat je veel te veel in een corset werd geperst. Er komt een groep, kaartje uit de bak en daar stond dan op wat je moest doen. Ik hoop en denk dat ze tegenwoordig programma’s met meer ruimte hebben. Wat heeft deze groep nodig en hoe was het de vorige keer en prikkelen we ze met uitdagende vormen?
Opper Sorber was degene die dit proces bewaakte en hij was niet makkelijk. En wij waren ook redelijk moeilijk. Ik heb er wel veel geleerd.
Één van de meest opvallende dingen qua fysiek programma deden we met de van Heutz jongens. Deze liepen ‘s nachts wacht in Darp bij de Amerikanen en werden direct aansluitend om 07.30 naar het zwembad van de JPK (tot ergens in de jaren 2005, 2006 had de JPK een eigen zwembad naast de sporthal, red.) gebracht en wij moesten ze zwemles geven.
Succes verzekerd. Nee dus, maar ja een commandant had het bedacht.
Tussen de middag waren we eindeloos aan het palen in de sporthal. Het spel is niet uit te leggen, maar we vonden het fantastisch. En natuurlijk klaverjassen.”
Was de militaire diensttijd en opleiding aan het SMLO een verrijking voor je latere trainerscarrière of zonde van de tijd? Die akte J was misschien wel mooi, maar mocht toch ook niet zonder slag of stoot?
“Toen ik naar Leeuwarden wilde om akte J te doen en daarvoor op 2 dagen in de week om 16:00 uur weg moest, werd dat ondanks toestemming van mijn eigen baas door de kazerne commandant geweigerd. Ik er heen en kwam bij zijn secretaris en wilde door naar de baas. Kon niet, maar als je echt wilt kan bijna alles.
Uiteindelijk kwam ik wel op de juiste plek. De weigermotivatie was dat voor mij een paar oud-collega’s er een puinhoop van hadden gemaakt. Ik ging de strijd aan en uiteindelijk toestemming, maar voorwaarde was elke zaterdagmorgen terugkomen om diezelfde van Heutz boys over de hindernisbaan te jagen, terwijl de sportsergeant van de week er was.
Die akte J heb ik gehaald en uiteindelijk ook nog de sportacademie in Amsterdam. Ik was toen 32 en we hadden 2 kinderen.
Aan mijn periode als sportinstructeur heb ik best wat gehad. Lesgeven, kennis vergaren, goed om je heen kijken hoe de hazen lopen en vooral duidelijk zijn in wat je wilt. En je moet het zelf doen.”
Publicatiedatum: 16 april 2021
Bekijk hier een eerdere publicatie over Foppe de Haan in de serie 'Markante Mensen, Memorabele Momenten' i.h.k.v. ons 40-jarige bestaan.