Vrienden van het dienstvak LO&Sport
 

REDACTIEVERGADERING IN HET ZWEMBAD

Door Paul Lindeboom

Ik heb een haat-liefde verhouding met zwemmen. Het haatgevoel ontstaat altijd in het zwembad, heen en weer en alsmaar heen en weer, maar gelukkig is er een tegenhanger in de vorm van een onweerstaanbare drang die overgaat in verliefdheid zodra de zon enigszins het wateroppervlak van het Wolderwijd beschijnt. Dat gevoel van vlinders in de buik werd deze zomer nog eens extra aangewakkerd door die fenomenale en tegelijkertijd mensonterend zware Elfstedentocht van Maarten van der Weijden.

OPEN WATER!
Door de fantastische (na)zomer zwom ik op woensdagmiddag 17 oktober nog in mijn heerlijke wetsuit vanaf het Woldstrand naar het eiland De Zegge. Ik was de hele zomer voor mijn doen al redelijk goed in zwemconditie en na het zien van de sfeervolle beelden van mijn nieuwste held voor het leven in de Friese wateren, steeg de motivatie voor buitenzwemmen naar ongekende hoogten. Daar kwam in het vierde kwartaal nog eens een vieze valpartij van mijn vrouw bovenop, die mij dwong tot weinig fietskilometers maar mij wel motiveerden voor binnenzwemmen om de conditie toch redelijk op peil te houden.

MES IN DE RUG
Normaliter kan ik mij na de zomer nooit motiveren voor baantje heen, baantje terug. Ik kan geen kantelkeerpunt, die mede veroorzaakt wordt door een ongunstig lichaamszwaartepunt. (Lees: ik heb onwijs lange stelten.) De grootste ergernis is echter het dak van het zwembad, waardoor mijn gevoel van vrijheid weg is. Dit jaar voor het eerst dus niet, en mijn positieve zwemgevoel nam ik 12 december mee naar het MRC in Doorn, naar het 36-jarige jubileum van André Wijnberger. Vriend en vijand.
André is een van de weinige die mij uitbundig kan laten lachen. Maar ook eentje die mijn zwemcapaciteiten altijd op geringe waarde weet te schatten. “Ach man, op mijn rug en met 1 arm weet ik nog van je te winnen”, is zijn antwoord bij het afscheid als ik laat weten dat ik in supervorm verkeer. Ik had beter moeten weten, maar daag hem direct uit voor een onderlinge wedstrijd en na een korte handjeklap komen we uit op de afstand van 1000m. Ik weet mij richting de uitgang toch de morele winnaar door nog net op tijd voor de bel te roepen: “….. maar wel met handicap, net als bij golf.” Maar steek mijzelf toch ook weer een mes in de rug met de stelling dat de verliezer een lunch betaalt en verslag doet.

André was vroeger echt een topper

RUGCRAWL
Vlak voor de wedstrijd Ajax-Bayern München ben ik dit introverhaal maar vast gaan schrijven. Wat een prutser ben ik toch. Op een haar na 57 en toch nog zo stom om weer een valkuil voor mijzelf te graven. Eerder verloor ik al een trio-triathlon van de rode LO&Sportbaretten uit Assen (ondanks de aanwezigheid in mijn team van toploper Ruud Woord), wist ik Jan Joosen niet te verslaan in een ATB-marathon in Sauerland en passeerde Raimond van der Boom mij vlak voor de meet in het WK Powerman in het Zwitserse Zofingen (10km hardlopen-150km fietsen-30km hardlopen). Meest wrange was dat Raimond finishte en ik de lus voor de tweede ronde pas in ging.
Dat deprimerende gevoel werd afgelopen zaterdag opgeroepen toen ik wat googlede op Dré zijn zwemprestaties uit het verleden. Oke, ik wist dat hij een potje kon zwemmen maar bij het zien van de uitslag van winterkampioenschappen in 1977, waar hij de 1500m in iets meer dan 18 minuten zwom, zonk de moed mij in mijn zwembroek. Mijn pr van 17:47 op de 1000m, neergezet in de tijd dat Jacques Ooms mijn clubzwemtrainer was, zal André zonder bluf inderdaad misschien op de rug met een arm bereikt hebben. Ik ga kansloos ten onder.

André in actie

D(EMOTIVATION)-DAY
Toch pakte ik afgelopen zondag de sportieve draad weer op. André heeft immers de laatste jaren twee keer een hartoperatie moeten ondergaan en zijn kuiten zijn al jaren zijn achilleshiel. Ik meet mij voor mijn laatste zwemtraining weer een milimeterkapsel aan en ben tevreden door in de kerntraining 5 * 200m tussen de 3.40-3.45 minuten in steady state neer te zetten. Dat moet donderdag met adrenaline maar zonder rust onder de 19 minuten kunnen betekenen. Ik reken nu uit dat ik (26 december 1961) liefst 458 dagen ouder ben en ik morgen een handicap van 229 meter ga voorleggen. Sterker, ik ga Dreetje nu demotiveren en dat direct in de FB-messenger zetten. Op naar de wedstrijd. (Ik ga dus nu Ajax kijken, het wedstrijdverslag volgt morgen.)

DE WEDSTRIJD
Brrrrr…..wat koud. Zelfs na 100m warming-up is het water van het MRC in Doorn nog steeds erg fris. Zouden ze in de hele Kerstvakantie de kachel uitgezet hebben?? Kerstvakantie?? Klopt, het is vandaag 3 januari. De ochtend na Ajax-Bayern München belde André sip en hoorbaar verkouden de wedstrijd af. Na overleg zijn we deze donderdag uitgekomen, want vanaf maandag 7 januari is het zwembad maanden gesloten. Door een ongeval in Tilburg, waar een speaker naar beneden kwam en een baby verongelukte, moet nu elk zwembad een controle ondergaan.  Het dak van Doorn telt liefst 3000 roestvrijstalen popnagels. Typisch Nederland: 1 ongeluk in 100 jaar en nergens mag nog normaal gezwommen worden.

Ik vind het ook niet normaal dat wij het zwembad helemaal voor ons tweetjes alleen hebben. Ik vind het super. De bruinebonenstampot van gisteravond en de extra koppen koffie van vanochtend lijken nu al nut te hebben. Voel mij goed en heb het voorstel van Andre om 5 * 200m te zwemmen omdat hij ku(i)tsmoesjes heeft, weten af te wimpelen.
Om kwart over twaalf sharp gaan we starten voor 1000m, Dré telt de afstand en ik hoef slechts bij te houden hoe vaak ik gedubbeld wordt. Na vier (lees: 200m achterstand) kom ik in de gevarenzone.

Het frisse water is toch lekker. De eerste meters gaan lekker en Dreetje zwemt slechts een meter of drie voor mij. Aiiii, na het eerste keerpunt is dat ineens een fors verschil. Bij alle keerpunten check ik de schade en zwem ongerust door. Precies bij 200m kantelt Andre mij razendsnel voorbij, daar waar ik na het aantikken mijn lange stelten  onder mijn lijf moet doortrekken voordat ik met beide benen kan afzetten. Op weg naar 250m reken ik snel uit dat ik met dit tempo precies vijf keer ingehaald ga worden en neem mij voor tot halfweg steady te blijven zwemmen en daarna toch moet gaan versnellen.
Op 400m weer precies ingehaald. Voor mij het sein nu al meer op de techniek te focussen. Let er meer op dat ik in de achterwaartse doorhaal mijn open hand steviger langs mijn dijbeen naar achter weg druk. Kom op triceps, werken! Ook mijn beenslag probeer ik al wat te verhogen, met de nadruk op probeer.

Gatver. Wat een arrogante bal. Ik zie bij de insteek van mijn rechter hand ineens door mijn chloorbril André rugcrawlen. Kan niet zien of hij dat met 1 arm doet, maar wel dat ik op borstcrawl niet inloop. Ziet er letterlijk niet goed uit voor mij.

Maar dan… bij 500m haal ik André ineens bij. Hij staat langs de kant en rekt zijn kuit. Al jarenlang zijn achilleshiel en nu mijn redding. Ik zwem stug door en wordt al snel weer ingehaald. Ja hallo, zo raak ik de tel kwijt!!! Ben al bezig met het controleren van mijn ademhaling, mijn nek ontspannen houden, mijn elleboog omhoogsteken na de doorhaal, de insteek goed op schouderhoogte, goed doordrijven na de insteek, core aanspannen, kont omhoog en dan nog wat zaken die bij mij voor verbetering vatbaar zijn. En ben dus echt de tel kwijt want probeerde toch ook mijn eigen banen te tellen.

Ik denk dat ik nu dus voor de derde keer ingehaald wordt, maar weet dat niet meer zeker. Vooral omdat ik André weer passeer bij de kant. Onder mijn oksel door zie ik dat hij nu de term handicaprace letterlijk neemt en stopt. Vlak voordat ik voor de zoveelste keer keer, roept hij toe dat ik nog vier banen moet. Grrr… dacht dat ik er nog maar drie hoefde. Maar het gevoel dat binnenkomt, dat ik eens een keer niet verloren heb, doet goed en mijn armen voelen nog helemaal niet moe. Neem mij voor de laatste twee banen te gaan versnellen.
Na nog twee keer keren gooi ik de turbo los. STOPPPPP!!! André telde dus elke 25m daar waar ik slechts de terugkeer telde. Hoefde dus maar twee keer, waar ik drie dacht en André vier zei. Capiche?

Mijn eindtijd was 18:40 en mijn eerste pr en overwinning op 57-jarige leeftijd zijn nu al binnen. Wie niet sterk is, moet creatief zijn..... Als we de wedstrijd samen evalueren dan had de handicapberekening tussen een topper en een tobber zeker gezorgd voor een heel spannend tweede deel en zou ik alle zeilen bij hebben moeten zetten en zou het een heel close finish worden. Dré heeft dubbele pech want moet nu ook de lunch betalen. Onder luid gesmak besluiten we om het idee van de serie in 2018 over de militaire boksgeschiedenis een vervolg gaan geven met een trilogie over de Vijfkamphistorie. Hoe en in welk format lees je later dit jaar.


Alle lezers een net zo sportief 2019 toegewenst als wij!!

Publicatiedatum: 03 januari 2019