Je hebt zelf ooit aan een Biath-OL wedstrijd in Denemarken deelgenomen. Ik neem aan dat je toen geen of weinig ervaring had in het schieten na een hevige inspanning. Hoe heb jij toen de specifieke voorbereiding op je genomen?
“Specifieke voorbereidingen voor het schieten hebben we toen niet genomen. Er werd tijdens de wedstrijden geschoten met .22 wapens (die ze ook bij biathlon gebruiken). We kregen een dag vooraf wapens van de organisatie, waarmee we konden oefenen. Daarbij kregen we ook tips en ondersteuning. Trouwens, die hevige inspanning kan je natuurlijk reguleren op het einde. Je moet niet total-loss bij het schieten aankomen, dat is niet zo slim.”
Hoe ging de wedstrijd toen? En waarom is het bij een eenmalige deelname gebleven?
“Het was een soort kennismaking- en uitwisselingproject waarvoor we werden uitgenodigd. We hebben de Denen daarna uitgenodigd voor onze organisatie, maar dat is toen afgezegd.
De wedstrijden zelf bestaan uit verschillende vormen van oriënteren, maar wel telkens afgewisseld met een schietproef, zoals bij een biathlon. Bij mij ging het schieten als een drama, ik weet nog wel dat het strafparcours behoorlijk is uitgesleten door mij. Bij de andere Nederlandse deelnemers ging dat gelukkig beter. Opvallend vond ik toen, juli 2006, dat de organisatie super simpel was gehouden, terwijl het toch best ingewikkeld is. Er werd veel over gelaten aan de zelfstandigheid van de deelnemers. Deze simpele benadering heb ik ook in mijn organisaties ingevoerd. Niet te moeilijk, als dat niet hoeft. Een leek moet het met een paar aanwijzingen zo kunnen uitvoeren. De opzet voor ons was om een biath-OL te organiseren die dicht bij de deelnemer stond. Met zijn eigen Diemaco, met of zonder kijker. Dus geen poespas met een noodvizier zoals bij de vijfkamp. Samen met het lopen in PT-tenue is het voor iedereen toegankelijk.”
Je hebt zelf op drie verschillende locaties een biath-OL georganiseerd. Welk evenement vond je het best geslaagd en waardoor?
“Da’s een lastige. De eerste die ik heb georganiseerd was in 2006. Waarbij met name personeel van 44 Painfbat aan deel nam. Dit was een try-out welke toen nog “Schol” (Schieten-Oriënteringsloop) heette. Waarbij erg enthousiaste reacties kwamen.
Bij de volwaardige Biath-OL in 2008 op de Arnhemse heide deden er jammer genoeg maar een 20-tal deelnemers mee.
In 2011 was er specifiek een organisatie voor een cie van het 45 e op Beekhuizerzand.
Als ik dan moet kiezen, is voor mij de eerste het meest geslaagd, omdat ik daar de bevestiging kreeg van de waarde van het evenement. Maar dan wel in de vorm van de laatste: specifiek voor een ehd in een bepaalde fase van hun opwerktraject.”
Dit jaar gaat de Biath-OL in Garderen georganiseerd worden op 9 juni. Wat zijn eventuele bijzonderheden waar de deelnemers rekening mee kunnen/moeten houden?
“Het oude concept van drie rondes is gebleven. Één op Luchtfoto, op stafkaart en oriënteringskaart. Per ronde afsluitend met schieten, ditmaal wordt geschoten in de SIM in plaats van een normale schietbaan. Met aansluitend een (eventueel) strafparcours om je missers te compenseren. Gelukkig is het PT- tenue gebleven, dit om het groene karakter te behouden. De navigatierondes zijn ook compact gebleven, zo’n 2,5 km per ronde, dit is qua belasting goed te doen.”
Wat kun je in zijn algemeenheid nog over biath-OL kwijt? Worden er civiele wedstrijden georganiseerd o.i.d.?
Ook van dit onderdeel is een officiële internationale bond. Het heet dan Biathlon-O, bij onze zuiderburen zijn er verenigingen die hieraan deel nemen. Hoewel het een militaire oorsprong heeft uit Zweden, wordt het voornamelijk civiel beoefend. De vaardigheden navigeren en schieten onder druk en fysieke inspanning zijn natuurlijk een puur militaire aangelegenheid en past ook perfect in het opwerkprogramma van manoeuvre eenheden. Het is een organisatie waar meer commandanten gebruik van kunnen maken wanneer “presteren onder druk en fysieke inspanning” in hun opwerkprogramma staat.
Welk onderdeel is naar jouw mening het belangrijkste in een biath-OL: schieten, oriënteren, uithoudingsvermogen, mentale weerbaarheid (bij missers) of iets anders?
Dan moet ik een Cruijffiaans antwoord geven: je kan er niet op winnen, maar wel verliezen. Het is een mooie mix van onderdelen. Aangezien de routes ca 2,5 km zijn, is dit een groot aandeel in de totale tijd. Ik denk dat een goede navigeerder hoge klassering kan lopen, als hij niet al te beroerd schiet.”